Zonder computer: Na het behandelen van een bepaalde periode in de geschiedenisles, identificeren wat de belangrijkste thema’s en personen zijn die deze periode bepalen.
Zonder computer: Luisteren naar een verhaal, de belangrijkste informatie eruit halen en van daaruit tot een passende titel van het verhaal komen.
Zonder computer: Inzien dat een lekke band en een gescheurde broek bijvoorbeeld hetzelfde zijn, want deze hebben beiden een scheur. Maar deze verschillen omdat deze op verschillende manieren worden gerepareerd: door te plakken of door te naaien.
Python: Een programma schrijven waarin een computer een dobbelsteen ‘gooit’, de belangrijkste informatie van de dobbelsteen die gebruikt wordt om dit programma te schrijven is dat er zes vlakken zijn en het gegeven dat het gooien van een dobbelsteen random gebeurt.
Zonder computer: een instructie schrijven tijdens een taalles, bijvoorbeeld voor het smeren van een broodje pindakaas.
Zonder computer: Alle leerlingen hebben een nummer en staan in willekeurige volgorde naast elkaar. Er ligt een netwerk op de grond waar zij stap voor stap over lopen. Als ze elkaar ontmoeten, kijken ze wie het hoogste nummer heeft en wie het laagste. Het lage nummer volgt de pijl naar rechts, het hoge nummer de pijl naar links. Daar ontmoeten ze een ander nummer en doen ze hetzelfde. Uiteindelijk is alles gesorteerd! (dit voorbeeld is afkomstig uit een Digi-doener: https://www.lessonup.com/app/embed/D6e8bihFjZzLKLw4L)
<font size="2">Zonder computer: Vroeger moesten we wel eens een telefoonnummer opzoeken in een telefoonboek. Als je bijvoorbeeld iemand met de achternaam Smit moest opzoeken kon je diegene vinden door de pagina’s 1 voor 1 om te slaan. Maar dit zou dan wel een eeuwigheid duren. Een andere manier is naar het midden van het telefoonboek gaan en op basis van de achternamen die je daar ziet bepalen of je in de linkerhelft of in de rechterhelft verder moet zoeken. Stel dat we de achternaam Jansen zien in het midden van het telefoonboek. Jansen komt voor Smit, en dus weten we dat we in de rechterhelft van het telefoonboek moeten verder zoeken. Het probleem is nu in tweeën gedeeld. Vervolgens kun je daar weer de helft van nemen en weer bepalen of je links of rechts verder moet zoeken. Totdat je de achternaam Smit hebt gevonden. (bron: https://study.cs50.net/binary_search)</font>
Zonder computer: een reeks boeken in een boekenkast sorteren door gebruik van een sorteeralgoritme.
Python: sluithaakjes, tellen, matchen, groter dan, kleiner dan etc.
Zonder computer: een variabele in een verhaal (zelfstandig naamwoord, werkwoord en bijvoeglijk naamwoord). Python: laten zien dat een variabele iets is waar waarden in opgeslagen kunnen worden.
Python: een string (woord) en een integer (nummer) kunnen niet in 1 variabele worden opgeslagen, tenzij een integer wordt omgezet naar een string door het gebruik van de functie str().
Zonder computer: Neem bijvoorbeeld leeftijd of temperatuur als voorbeeld van een variabele. Python: Een variabele wordt aangemaakt door het woord van de variabele op te schrijven, gevolgd door een = teken en de waarde die in de variabele wordt opgeslagen (als dit een wooord is moet deze tussen aanhalingstekens, een nummer hoeft niet tussen aanhalingstekens). dit_is_een_nummer = 3
Python: Gebruiken van print functie, rubber ducking of tijdens een les te zien krijgen welke fouten het meeste worden gemaakt door beginners zodat zij zich hiervan bewust zijn.
Zonder computer: het formuleren van een algoritme bij het vermenigvuldigen met 10, 100 of 1000. Het algoritme kan op papier staan of bijvoorbeeld op losse kaartjes.
Als ik naar buiten ga, dan trek ik mijn jas aan.
Zolang het nog regent, blijf ik binnen zitten. Terwijl mijn moeder boodschappen doet, haal ik de afwasmachine leeg.
Zoals Excel.
Zoals Excel: tabel en formules, grafieken etc.
Zoals infographics.
In grafieken kan de schaal bijvoorbeeld worden aangepast zodat een heel klein verschil opeens veel groter lijkt. Ook is het mogelijk dat bepaalde gebeurtenissen niks met elkaar te maken hebben, maar toevallig wel een verband hebben.
Big data is een verzameling van informatie die bedrijven bijvoorbeeld kunnen gebruiken om patronen te herkennen en op basis daarvan beslissingen te maken. Netflix maakt gebruik van big data om erachter te komen wat voor films jij waarschijnlijk leuk vindt en deze films vervolgens aan te bevelen.
Bijvoorbeeld hoe zoekalgoritmes worden gebruikt of machine learning om uit een grote hoeveelheid data informatie te kunnen halen.
Zoals kansmodellen, steekproeven etc.
Scratch: blokken opdelen naar kleur en functie. Python: stukken code opdelen naar herhalingen, condities, functies en variabelen.
Benoemen van verschillende taken bij uitvoering van een project zoals het geven van een spreekbeurt
Een planning maken voor het leren voor een proefwerk, in welke stukken kan de stof die geleerd moet worden worden verdeeld?
Bij het maken van een groepsopdracht, iemand de taak geven om bronnen op te zoeken en deze in lijst te plaatsen.
Zonder computer: op basis van een reeks instructies (pseudocode) kunnen vertellen wat er gebeurt, waarbij strategieën uit het leesonderwijs worden gebruikt (gedetailleerd lezen). Python: op basis van een (simpele) reeks code kunnen vertellen wat er in de terminal/op het computerscherm wordt geprint.
Zonder computer: bepalen op welke plek een robot terecht komt als je naar de reeks instructies kijkt en deze aanpassen. Python: een reeks code zelf aanpassen om ervoor te zorgen dat er iets anders in de terminal wordt geprint/op het computerscherm tevoorschijn komt.
Zonder computer: een recept voor het maken van een cupcake afmaken. Python: een geschreven programma die niet af is volledig maken aan de hand van een omschrijving van het doel van het programma. Leerlingen krijgen bijvoorbeeld te horen dat het woord hallo in de terminal geprint moet worden, maar in een opdracht staat alleen maar print(“ ”).
Python: als er veel dezelfde instructies worden gegeven, deze in een loop plaatsen.
Zonder computer: ook onze hersenen ondersteunen ons bij terugkerende taken of handelingen, als je gaat fietsen hoef je bijvoorbeeld niet na te denken over hoe je precies moet fietsen, dit heb je geoefend en gaat uiteindelijk "automatisch". Met computer: tegenwoordig kun je ook je boodschappen afrekenen bij een kassa zonder kassière, het afrekenproces is geprogrammeerd in de computer.
Zonder computer: gebruik van een (kook)wekker tijdens het koken of klok/zandloper in de gaten houden. Python: zoals de functie print() om een woord “uit te printen” in de terminal/op het computerscherm of de functie str() om een integer om te zetten naar een string.
Zonder computer: gebruik van een atlas of een woordenboek. Python: Aardrijkskunde data op kaart tekenen, op basis hiervan bepalen waar je niet gaat wonen.
Een timer is een klok die terugtelt en een seintje geeft als deze weer op 0 staat.
Zonder computer: beweging van het zonnestelsel namaken, een routebeschrijving maken. Python: een dobbelsteen namaken met geschreven code.
Zonder computer: een routebeschrijving uitvoeren. Python: 10 keer met een dobbelsteen gooien en noteren hoe vaak er een 6 was gegooid.