Mediawijsheid VO

• 1 Medialisering van de samenleving en beeldvorming

  • 1.1De leerling is zich bewust van de verschillen tussen (digitale) media. 2 lessen
  • 1.2De leerling is zich bewust van de steeds belangrijker rol van (digitale) media in de samenleving. 6 lessen
  • 1.3De leerling weet de effecten van het toenemend digitale mediagebruik op het menselijk bestaan te benoemen. 5 lessen
  • 1.4De leerling herkent wanneer een mediaboodschap gekleurd is door politieke, ideologische of levensbeschouwelijke overtuigingen. 3 lessen
  • 1.5De leerling herkent wanneer mediaboodschappen, vooroordelen, rolpatronen en ideologieën bevestigen en versterken. 7 lessen
  • 1.6De leerling kan een onderscheid maken tussen expliciete en impliciete boodschappen in (digitale) media. 3 lessen
  • 1.7De leerling begrijpt hoe (digitale) media de werkelijkheid representeert om op basis daarvan afgewogen oordelen te kunnen vormen. 6 lessen

• 2 Functies van media

  • 2.1De leerling weet dat er een verschil is tussen de boodschap en het doel van (digitale) media. 2 lessen
  • 2.2De leerling herkent de primaire boodschappen van media. 1 les

    Commercieel, informerend etc.
  • 2.3De leerling herkent veelgebruikte standaardtechnieken en begrijpt hoe mediaproducenten deze inzetten. 2 lessen
  • 2.4De leerling kan een onderscheid maken tussen commerciële en niet-commerciële (digitale) media. 1 les
  • 2.5De leerling kan beschrijven wat het doel van een mediaboodschap is aan de hand van voorbeelden. 1 les
  • 2.6De leerling kan op basis van een casus een keuze maken voor het juiste (digitale) media format. 3 lessen

• 3 Invloed van media op de werkelijkheid

  • 3.1De leerling beseft dat iedereen (digitale) media op een andere manier interpreteert en is zich bewust van de eigen interpretatie. 2 lessen
  • 3.2De leerling is zich bewust van het doel van reclame. 4 lessen
  • 3.3De leerling kent de gebruikte strategieën in reclame. 2 lessen
  • 3.4De leerling kent effecten van de verschillende technieken in het produceren van (digitale) media. 5 lessen

    Zoals het manipuleren van filmbeelden.
  • 3.5De leerling beseft dat het format van de mediaboodschap de inhoud die wordt overgedragen bepaalt. 9 lessen
  • 3.6De leerling kan eigen logica’s van diverse (digitale) media doorgronden, en begrijpen hoe deze invloed hebben op de boodschap die wordt overgebracht. 4 lessen
  • 3.7De leerling kent de commerciële motieven van (digitale) media. 4 lessen

• 4 Omgang met media en sociale netwerken

  • 4.1De leerling kan de relatie tussen (digitale) media, identiteit, privacy en veiligheid uitleggen. 7 lessen
  • 4.2De leerling kan doelbewust in sociale netwerken participeren. 4 lessen

    Aansluitend op online regels en verwachtingen.
  • 4.3De leerling herkent ongepaste inhoud en dubieuze contacten. 5 lessen
  • 4.4De leerling kan doelbewust de participatie van anderen in sociale netwerken bevorderen. 5 lessen
  • 4.5De leerling weet hoe veiligheidsrapporten gerapporteerd kunnen worden op sociale media. 1 les
  • 4.6De leerling kan bewust een eigen digitale identiteit vormgeven. 3 lessen
  • 4.7De leerling heeft een bewust vormgegeven profiel op één of meerdere sociale netwerksites. 3 lessen
  • 4.8De leerling kan de impact van wereldwijd publiceren aangeven en consequenties benoemen. 1 les
  • 4.9De leerling weet wat cybercrimes zijn.
  • 4.10De leerling weet dat bedrijven gebruik maken van data om reclame te maken. 2 lessen

    Zoals de persoonlijke advertenties die je op je sociale media account te zien krijgt.
  • 4.11De leerling is zich bewust van hoe big data de relatie tussen het individu, de burgerschap en de samenleving verandert. 3 lessen
  • 4.12De leerling kent de kenmerken van cyberaanvallen. 1 les

    Zoals phishing, scam, spam, botnets, ransomware, DDOS-aanvallen.
  • 4.13De leerling heeft begrip van de werking van beveiliging. 2 lessen

    Virusscanners, spamfilters, adblockers en firewalls.
  • 4.14De leerling kent het gebruik van uitgebreide beveiliging, zoals biometrische kenmerken en twofactor authentication. 1 les
  • 4.15De leerling is bezig met bewust bepalen van vuistregels voor (digitale) veiligheid voor zichzelf en anderen. 6 lessen
  • 4.16De leerling herkent identiteitsfraude, misbruik van data of de aanzet daartoe. 1 les
  • 4.17De leerling kan op basis van vuistregels een passende en veilige digitale transactie kiezen. 1 les
  • 4.18De leerling kent nadelen van onveilig computergebruik; storing, aantasting, datalekken, afluisteren. 1 les
  • 4.19De leerling kan toegangsrechten van programma’s instellen. 1 les

• 5 Reflectie op het 'eigen' mediagebruik

  • 5.1De leerling is zich bewust van het eigen patroon van mediagebruik. 1 les
  • 5.2De leerling doseert de duur en de frequentie van het eigen mediagebruik. 2 lessen
  • 5.3De leerling beseft hoe het eigen mediagebruik invloed heeft op de eigen levensstijl. 4 lessen
  • 5.4De leerling kan analyseren hoe de eigen mediaconsumptie van invloed is op de eigen kijk op de wereld. 5 lessen
  • 5.5De leerling weet wanneer welke toepassingen meerwaarde hebben bij realiseren van persoonlijke doelstellingen en kan deze effectief inzetten. 7 lessen
  • 5.6De leerling weet wanneer welke toepassingen meerwaarde hebben bij het realiseren van professionele en sociale doelstellingen en kan deze effectief inzetten. 6 lessen
  • 5.7De leerlingen leren de relevante dreigingen bij het gebruik van mobiele media en het internet. 5 lessen
  • 5.8De leerlingen kunnen de gangbare verborgen mechanismen om persoonsgegevens te achterhalen en/of te misbruiken benoemen en herkennen. 3 lessen
  • 5.9De leerlingen hebben kennis van de sporen die door online aanwezigheid worden achtergelaten. 1 les
  • 5.10De leerlingen leren nadenken over het respectvol omgaan met ieders privacy. 2 lessen
  • 5.11De leerlingen leren omgaan met hulpmiddelen zoals incognito-tabbladen en adblockers. 1 les
  • 5.12De leerlingen leren op welke wijze ongewenste content gewist kan worden door henzelf of door anderen. 2 lessen
  • 5.13De leerlingen worden zich bewust van analyse gedrag van sociale media. 5 lessen