H8: 8.5 2021-2022 Oppervlakte en inhoud vergroten - 2M

Start geen nieuwe vergadering
Welkom   wiskunde!
Leerdoelenformulier voor je pakken.
Wat gaan we doen?
● Lesdoel bespreken 
● Terugblik: 8.4
● Nieuwe theorie: 8.5
● Zelfstandig werken
bij
We gaan zo starten.
Leg je
wiskunde-
spullen 
op tafel.
Log in bij LU en 
accepteer de les.
Leg je telefoon dan
op de kop op de 
hoek van je tafel.
1 / 43
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 43 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Start geen nieuwe vergadering
Welkom   wiskunde!
Leerdoelenformulier voor je pakken.
Wat gaan we doen?
● Lesdoel bespreken 
● Terugblik: 8.4
● Nieuwe theorie: 8.5
● Zelfstandig werken
bij
We gaan zo starten.
Leg je
wiskunde-
spullen 
op tafel.
Log in bij LU en 
accepteer de les.
Leg je telefoon dan
op de kop op de 
hoek van je tafel.

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoel
Je hebt de leerdoelen die tot nu toe in H8
zijn aangeboden herhaald.

Je weet wat je kunt doen om de leerdoelen die je
nog niet hebt behaald wel te behalen.


H8: Inhoud en vergroten

VK: Oppervlakte en       
        referentiematen
8.1: Inhoud berekenen
8.2: Inhoud piramide en
         kegel

8.3: Vergrotingsfactor
8.4: Gelijkvormige
        driehoeken
8.5: Oppervlakte en
        inhoud
8.6: Schaal


Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide


7.400.000cm2=...m2
A
0,74
B
7,4
C
74
D
740

Slide 4 - Quizvraag

Slide 5 - Tekstslide


7,5dl=...cm3
A
750
B
0,00075
C
0,075
D
750.000

Slide 6 - Quizvraag

Hoeveel is de inhoud van de figuur hiernaast?
A
36cm3
B
38cm3
C
113cm3
D
339cm3

Slide 7 - Quizvraag

Met welke formule kun je de vergrotingsfactor uitrekenen bij de lijnen hiernaast?
______

____________
3 cm


7,5 cm
A
vf = lengte origineel : lengte beeld
B
vf = lengte origineel x lengte beeld
C
vf = lengte beeld : lengte origineel
D
vf = lengte beeld x lengte origineel

Slide 8 - Quizvraag

Als een kopieerapparaat op 75% staat,
wat is dan de vergrotingsfactor?
A
0,25
B
75
C
25
D
0,75

Slide 9 - Quizvraag

Als je een vergrotingsfactor van 1,41 wilt gebruiken,
op welk percentage zet je het kopieerapparaat?
A
41 %
B
141 %
C
59 %
D
0,41 %

Slide 10 - Quizvraag


Zijn deze afbeeldingen gelijkvormig?
   D          C


A          B
     D'                    C'




A'                    B'
A
ja
B
nee
C
dat kun je niet zien

Slide 11 - Quizvraag


Welke zijn overeenkomstige zijden?
   D          C


A          B
     D'                    C'




A'                    B'
A
AB met C'D'
B
AB met A'C'
C
AB met A'B'
D
AB met CD

Slide 12 - Quizvraag

Hoe spreek je dit uit?

Δ KLM ~ Δ QRP

Slide 13 - Open vraag

Gelijkvormige driehoeken
1 
2
Δ KLM ~ Δ QRP

Hier kunnen we overeenkomstige zijden uit halen:

Δ KLM ~ Δ QR
Δ KLM ~ Δ QRP
Δ KLM ~ Δ QRP




=> QR is een vergroting van KL
=> RP is een vergroting van LM
=> QP is een vergroting van KM

Slide 14 - Tekstslide

Gelijkvormige driehoeken
1 
2
5 cm
7,5 cm
6 cm
6 cm
Bereken zijde KM en zijde QR.
Δ KLM
KL = 5cm
LM = 6 cm
KM = ?
Δ QRP
QR = ?
RP = 7,5 cm
QP = 6 cm
: 1,25
KM = 6 : 1,25 = 4,8 cm
Dus QR = 6,25 cm en KM = 4,8 cm
vf = l. beeld : l. origineel
    =      7,5     :        6
    =   1,25.
x 1,25
QR = 5 x 1,25 = 6,25 cm

Slide 15 - Tekstslide

Vragen over het huiswerk? 

49 t/m 58

Slide 16 - Tekstslide

Nieuwe theorie
8.5: Oppervlakte en
        inhoud

Slide 17 - Tekstslide

8.5: Oppervlakte vergroten

We bekijken een filmpje, waarna je de volgende opgave gaat oplossen:

             Van een vierkant is de oppervlakte 25 cm2

             Van een tweede vierkant is de oppervlakte 100 cm2.


             a. Hoe vaak kan de eerste vierkant in de tweede?

             b. Wat is de vergrotingsfactor?

Slide 18 - Tekstslide

0

Slide 19 - Video

Van een vierkant is de oppervlakte 25 cm2.
Van een tweede vierkant is de oppervlakte 100 cm2.

Hoe vaak kan de eerste vierkant in de tweede?

Slide 20 - Open vraag

Van een vierkant is de oppervlakte 25 cm2.
Van een tweede vierkant is de oppervlakte 100 cm2.

Wat is de vergrotingsfactor?

Slide 21 - Open vraag

Wat is de vergrotingsfactor,
als de oppervlakte 16 keer vergroot wordt?
A
16
B
4
C
2
D
8

Slide 22 - Quizvraag

8.5: Oppervlakte vergroten

Als we de opgave omdraaien in:

Van een vierkant is de oppervlakte 25 cm2.  De vf = 2.
Hoeveel is dan de oppervlakte van het vergrootte vierkant?



                                                              

Er moet 100 cm2 uitkomen.

Slide 23 - Tekstslide

8.5: Oppervlakte vergroten

Als we de opgave omdraaien in:

Van een vierkant is de oppervlakte 25 cm2.  De vf = 2.
Hoeveel is dan de oppervlakte van het vergrootte vierkant?


Gebruik formule: 

                                                              

Opp. beeld=vf2 X opp. origineel
Er moet 100 cm2 uitkomen.

Slide 24 - Tekstslide

8.5: Oppervlakte vergroten

Als we de opgave omdraaien in:

Van een vierkant is de oppervlakte 25 cm2.  De vf = 2.
Hoeveel is dan de oppervlakte van het vergrootte vierkant?


Gebruik formule: 

                                                               =    22  x             25

                                                               

Opp. beeld=vf2 X opp. origineel
Er moet 100 cm2 uitkomen.

Slide 25 - Tekstslide

8.5: Oppervlakte vergroten

Als we de opgave omdraaien in:

Van een vierkant is de oppervlakte 25 cm2.  De vf = 2.
Hoeveel is dan de oppervlakte van het vergrootte vierkant?


Gebruik formule: 

                                                               =    22  x             25

                                                               =     4    x             25               = 100 cm2

Opp. beeld=vf2 X opp. origineel
Er moet 100 cm2 uitkomen.

Slide 26 - Tekstslide

8.5: Oppervlakte vergroten

Als we de opgave omdraaien in:

Van een vierkant is de oppervlakte 25 cm2.  De vf = 2.
Hoeveel is dan de oppervlakte van het vergrootte vierkant?


Gebruik formule: 

                                                               =    22  x             25

                                                               =     4    x             25               = 100 cm2

Opp. beeld=vf2 X opp. origineel
Er moet 100 cm2 uitkomen.

Slide 27 - Tekstslide


A
8 cm2
B
16 cm2
C
15 cm2
D
2 cm2

Slide 28 - Quizvraag


De oppervlakte van de rechthoekige foto is 15 cm2
A
540 cm2
B
90 cm2
C
2,5 cm2
D
ca. 0,4 cm2

Slide 29 - Quizvraag

8.5: Inhoud vergroten

  • Het kwadraat bij de opp. kwam van de lengte en de breedte.
  • Dit zijn 2 afmetingen ofwel 2 dimensies (2D), dus kwadraat (tot de macht 2).
  • Hoe zal dat dan bij inhoud zijn?
  • Lengte, breedte en hoogte. Dit zijn 3 afmetingen ofwel 3 dimensies (3D).
    Dus tot de macht 3
  • Inhoud beeld = vf3 x inhoud origineel
Lengte beeld = vf x lengte origineel            vf = lengte beeld : lengte origineel
Opp. beeld = vf2 x opp. origineel                  
vf=opp. beeld:opp. origineel

Slide 30 - Tekstslide

8.5: Inhoud vergroten

Slide 31 - Tekstslide

8.5: Inhoud vergroten

Slide 32 - Tekstslide

2,6 miljoen m3

Vf = 0,6

A
561.600 m3
B
1,56 miljoen m3
C
936.000 m3

Slide 33 - Quizvraag

Formules vergrotingsfactor
Bij lengte (denk aan dm)
  •  Lengte beeld = vf x lengte origineel        vf = lengte beeld : lengte origineel
Bij oppervlakte (denk aan dm2)
  • Opp. beeld = vf2 x opp. origineel      
Bij inhoud (denk aan dm3)
  • Inhoud beeld = vf3 x inhoud origineel
vf=opp. beeld:opp. origineel
vf=3I. beeld:I. origineel

Slide 34 - Tekstslide

Huiswerk
Maken van H8: 
Blz. 211-218: Paragraaf 8.5 opg. 60 t/m 64 en 70 t/m 76
 
Nakijken en verbeteren:
Alles wat je hebt gemaakt van H8

Slide 35 - Tekstslide

Wat neem je als leerpunt mee uit deze les?

Slide 36 - Woordweb

Inhoud 'recht ruimtefiguur'= opp. grondvlak x hoogte          

  • I kubus = lengte x breedte x hoogte

  • I balk = lengte x breedte x hoogte

  • I cilinder = straal2 x        x hoogte

  • I prisma       =  0,5 x zijde x bijbehorende hoogte x hoogte     
π
Δ
(I = Inhoud)

Slide 37 - Tekstslide

Inhoud 'puntig ruimtefiguur' =       x opp. grondvlak x hoogte
  • I piramide                  =       x lengte x breedte x hoogte


  • I kegel =     x straal2 x      x hoogte
31
31
π
31

Slide 38 - Tekstslide

Inhoud
31straal2πh
I.kubus
I.prisma
I.kegel
I.cilinder
lbh
21zbhh
zijde3(=lbh)
31lbh
straal2πh
I.piramide
I.balk
Formules

Slide 39 - Tekstslide

Hierna volgen enkele filmpjes die je kunnen helpen met het behalen van de leerdoelen.
Hierna volgen enkele filmpjes die je kunnen helpen met het behalen van de leerdoelen.
Hierna volgen enkele filmpjes die je kunnen helpen met het behalen van de leerdoelen.

Slide 40 - Tekstslide

Hierna volgen enkele filmpjes die je kunnen helpen met het behalen van de leerdoelen.
Hierna volgen enkele filmpjes die je kunnen helpen met het behalen van de leerdoelen.
Hierna volgen enkele filmpjes die je kunnen helpen met het behalen van de leerdoelen.

Slide 41 - Tekstslide

Slide 42 - Video

Slide 43 - Video