In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Onderdelen in deze les
Taalverzorging
Formuleren en spelling hoofdstuk 2
Slide 1 - Tekstslide
Programma
Woorden van de week +/- 5 min
Theorie samengestelde zinnen H2 +/- 3 min
Samen oefenen +/- 10 min
Zelfstandig werken +/- 30
Reflectie +/- 5 min
Slide 2 - Tekstslide
DOEL
Je kunt voegwoorden gebruiken om samengestelde zinnen te maken
Slide 3 - Tekstslide
Woorden van de week (week43)
Maximaal
Mening/opvatting/standpunt
Minimaal
Ondersteunen
Slide 4 - Tekstslide
SAMENGESTELDE ZINNEN
In iedere zin staat een persoonsvorm.
Zinnen met één persoonsvorm en één onderwerp noem je
een enkelvoudige zin.
Zinnen met twee of meer persoonsvormen noem je samengestelde zinnen.
Bij elke persoonsvorm hoort een onderwerp.
Slide 5 - Tekstslide
SAMENGESTELDE ZINNEN
Als je van twee losse zinnen één zin maakt,
heb je een voegwoord nodig.
Rens drinkt cola. Lot drinkt water.
Rens drinkt cola en lot drinkt water.
Slide 6 - Tekstslide
SAMENGESTELDE ZINNEN
De woordvolgorde van een samengestelde zin hangt af van het voegwoord. Met een voegwoord zoals en, want en maar staan de persoonsvormen en de onderwerpen naast elkaar.
Opawerkte. Omadeed het huishouden.
Opawerkte en omadeed het huishouden.
Iedereenviert feest. Hetis bevrijdingsdag.
Iedereenviert feest, want hetis bevrijdingsdag.
Slide 7 - Tekstslide
SAMENGESTELDE ZINNEN
De woordvolgorde van een samengestelde zin hangt af van het voegwoord. Met voegwoorden zoals omdat, doordat en hoewel hoeven de persoonsvormen en de onderwerpen niet naast elkaar te staan.
Napoleons vrouwhad een hondje.. Napoleonhield niet van dieren.
Napoelons vrouwhad een hondje, hoewel Napoleon niet van dieren hield.
Iedereenviert feest. Hetis bevrijdingsdag.
Iedereenviert feest, omdat het bevrijdingsdag is.
Slide 8 - Tekstslide
SAMENGESTELDE ZINNEN
In een samengestelde zin kunnen naast de persoonsvormen nog andere werkwoordsvormen staan.
Ik wil (ww = pv) graag op tijd komen (ww),
maar ik heb (ww = pv) de bus gemist(ww).
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Video
Flevoland bestond vroeger niet, want het IJsselmeer was nog niet drooggelegd.
Noteer de onderwerpen van de samengestelde zin.
Slide 11 - Open vraag
Rembrandt ging in de leer bij een meester-schilder, omdat hij goed kon tekenen.
Noteer de persoonsvormen van de samengestelde zin.
Slide 12 - Open vraag
Instructie
Wat: afmaken opdracht 1 blz 57
Hoe: individueel
Tijd: +/- 5 min
Klaar:
Opbrengst: klassikaal bespreken
timer
1:00
Slide 13 - Tekstslide
Instructie
Wat: maken opdracht 2+3 blz 57
Hoe: individueel
Tijd: +/- 15 min
Klaar: lezen theorie blz 58
Opbrengst: klassikaal bespreken
timer
15:00
Slide 14 - Tekstslide
GELEERD?
- je kunt voegwoorden gebruiken om samengestelde zinnen te maken
- Je kunt voegwoorden gebruiken om samengestelde zinnen te maken