Herhaling fitness OP1

Voorbereiding Fitness toets OP1
1 / 46
next
Slide 1: Slide
FitnessMBOStudiejaar 2

This lesson contains 46 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Voorbereiding Fitness toets OP1

Slide 1 - Slide

H1 Gedragsverandering &

Slide 2 - Slide

Welke vormen van communicatie kennen we?

Slide 3 - Open question

Bij welke lesgeefstijl heeft een deelnemer geen inspraak tijdens de les?
A
Communicatieve leiding
B
Directieve leiding
C
Participerende leiding
D
Laissez faire

Slide 4 - Quiz

Bij welke lesgeefstijl bepaald de lesgever samen met de groep de lesplanning?
A
Communicatieve leiding
B
Directieve leiding
C
Participerende leiding
D
Laissez faire

Slide 5 - Quiz

H3 Functionele anatomie

Slide 6 - Slide

Benoem 3 functies van het skelet

Slide 7 - Open question

Wat is de betekenis van 'Os humerus'?
A
ellepijp
B
spaakbeen
C
opperarm
D
borstbeen

Slide 8 - Quiz

Wat is de betekenis van 'pelvis'?
A
bekken
B
knieschijf
C
kuitbeen
D
scheenbeen

Slide 9 - Quiz

Wat is de betekenis van het borstbeen?
A
Os clavicula
B
Os sternum
C
Os scapula
D
Os costa

Slide 10 - Quiz

Wat is de betekenis van het dijbeen?
A
Os fibula
B
Os tibia
C
Os patella
D
Os femur

Slide 11 - Quiz

Welke beweging zie je op de afbeelding?

Slide 12 - Open question

Welke beweging zie je op de afbeelding?

Slide 13 - Open question

Welke beweging zie je op de afbeelding?

Slide 14 - Open question

Welke beweging zie je op de afbeelding?

Slide 15 - Open question

Wat is geen lichaamsvlak?
A
Frontaal vlak
B
Sagittaal vlak
C
Transversaal vlak
D
Longitudinaal vlak

Slide 16 - Quiz

Wat is geen lichaamsas?
A
Frontale as
B
Sagittale as
C
Transversale as
D
Longitudinale as

Slide 17 - Quiz

Welke vlakken zie je hier?
Sagittaal vlak
Transversaal vlaak
Frontaal vlak

Slide 18 - Drag question

Welke vlakken en assen horen bij de onderstaande bewegingen?
Adductie & abductie
Anteflexie/retroflexie/flexie/extensie
Rotatie
Sagittaal vlak
Frontaal vlak
Transversaal vlak
Longitudinale as
Sagittale as
Transversale as

Slide 19 - Drag question

Welke beweging kan deze spier (zie foto) maken?
A
Flexie
B
Extensie
C
Adductie
D
Abductie

Slide 20 - Quiz

Welke beweging kan deze spier (zie foto) maken?
A
Adductie
B
Horizontale adductie
C
Anteflexie tot 90 graden
D
Endorotatie

Slide 21 - Quiz

De hamstring kan qua bewegingen een flexie van de knie uitvoeren. Rondom welke as beweegt deze dan?
A
Sagitale as
B
Transversale as
C
Frontale as
D
Longitudinale as

Slide 22 - Quiz

Wat is de naam van deze spier (zie foto)?
A
Deltoideus
B
Rhomboideus
C
Trapezius
D
Latissimus dorsi

Slide 23 - Quiz

Wat is een voorbeeld oefening van de latissimus dorsi?
A
Lat pull down
B
Fly's
C
Shurgs
D
Back extension

Slide 24 - Quiz

Wat is een voorbeeld oefening van de quadriceps?
A
Leg curl
B
Leg press
C
Leg extension
D
Squat

Slide 25 - Quiz

H5 Inspanningsfysiologie

Slide 26 - Slide

Benoem de spieropbouw van groot naar klein

Slide 27 - Open question

Wat is geen kenmerk van een type 1 spiervezel?
A
Rode vezels
B
Witte vezels
C
Bevat mitochondriën
D
Aerobe capaciteit

Slide 28 - Quiz

Wat is geen dynamische contractie?
A
Concentrische contractie
B
Excentrische contractie
C
Isometrische contractie

Slide 29 - Quiz

Wat is een kenmerk van het melkzuursysteem?
A
Aeroob-alactisch
B
Aeroob-lactisch
C
Anaeroob-alactisch
D
Anaeroob-lactisch

Slide 30 - Quiz

Welk systeem heeft de overhand bij een langdurige en matige intensieve inspanning?
A
ATP
B
Fosfaatsysteem
C
Melkzuursysteem
D
Zuurstofsysteem

Slide 31 - Quiz

Wat is geen effect van krachttraining?
A
Hypertrofie
B
Verbetering van aërobe capaciteit
C
Toename van de sterkte van de spier
D
Verbeterde intramusculaire coördinatie

Slide 32 - Quiz

Wat is een effect van spieruithoudingsvermogen training?
A
Verbeterde spierversteviging
B
Normalisering van de bloeddruk
C
Afname totale cholesterol
D
Afname lichaamsvet

Slide 33 - Quiz

H6 Trainingsleer

Slide 34 - Slide

Wat is een doel van de warming up?
A
Verbeteren van de techniek
B
Afvoeren van afvalstoffen
C
Verhogen van belastbaarheid
D
Conditionering van een oefening

Slide 35 - Quiz

De KLUCS is een voorbeeld van:
A
Lichamelijk aspect
B
Mentaal aspect
C
Technisch aspect
D
Tactisch aspect

Slide 36 - Quiz

Het lichaam past zich aan na de training. Trainingen moeten dan ook zwaarder of aangepast worden. Dit is een voorbeeld van welk trainingsprincipe?
A
Wet van verminderde meeropbrengst
B
Reversibiliteit
C
Specificiteit
D
Overload

Slide 37 - Quiz

Het principe van reversibiliteit betekent:
A
Je wordt alleen beter in datgene wat je traint.
B
Naarmate je meer getraind bent, zal je prestatieverbetering geringer zijn.
C
Train je minder, dan zal je prestatie achteruit gaan.
D
Het lichaam past zich aan na de training.

Slide 38 - Quiz

Waar staat de 'I' in de FITT factoren voor?
A
Intensief
B
Intensiteit
C
Intens
D
Intensiviteit

Slide 39 - Quiz

Welke trainingsmethodes horen onder krachttraining?
A
Intervaltraining
B
Krachtuihoudingsvermogen
C
Hypertrofie
D
Maximaal kracht

Slide 40 - Quiz

Wat is het verschil tussen de 1RM maximaal & 1RM schattingstest?

Slide 41 - Open question

Waarom moet je tijdens het trainen rekening houden met mensen met een hoge bloeddruk?

Slide 42 - Open question

Waar moet je rekening mee houden als je training geeft aan ouderen?

Slide 43 - Open question

Waar moet je op letten als je training geeft aan jongeren?

Slide 44 - Open question

Wat is het verschil tussen een circuittraining en een stationstraining?

Slide 45 - Open question

Benoem 3 voordelen van groepstraining.

Slide 46 - Open question